Van deze drie, en zelfs van alle andere denkbare alternatieven, is palmolie de enige realistische optie. Ten eerste uit ecologisch of sociaal oogpunt: de opbrengst van oliepalmen is ronduit uitzonderlijk, want deze plant draagt het hele jaar door vruchten. Als je deze bomen zou vervangen door om het even welk ander gewas, zou je hoe dan ook veel meer landbouwgrond nodig hebben om hetzelfde productievolume te bereiken, wat dan weer het risico op een waaier van ecologische en sociale problemen meebrengt.
Ten tweede uit voedingsoogpunt: er wordt palmolie vaak aangewreven dat het 50% verzadigd vet bevat, dat geassocieerd is met hart- en vaatziekten, maar in kokosvet bedraagt dat percentage ongeveer 90% en in karitéboter zo’n 45%. Zelfs melkerijboter, die een bijzonder goede reputatie geniet in onze contreien, bevat van nature om en bij de 67% verzadigd vet, cholesterol en 3 tot 5% transvetzuren geproduceerd tijdens het verteringsproces van de koe. Het is dus geen kwestie van keuze of prijs: er is vandaag gewoonweg geen enkel geloofwaardig alternatief voorhanden om palmolie te vervangen.
Dat betekent uiteraard niet dat deze olie een mirakelproduct is waar men zo veel van mag consumeren als men maar wil, ter vervanging van elke andere olie of vetstof. Palmolie blijft een vetstof, met haar voor- en nadelen. De olie is bijvoorbeeld zeer goed bestand tegen oxidatie en is dus lang houdbaar. Ze is tevens bestand tegen hoge temperaturen, dus vind je ze vaak terug in frituurvet. Ze is van nature geheel vrij van transvetzuren. En ze zorgt in talloze toepassingen voor een zachte, smeuïge textuur.
Anderzijds bevat palmolie 50% verzadigd vet, beduidend meer dan de meeste vloeibare plantaardige oliën. Bovendien is de teelt ervan erg intensief geworden in Indonesië en Maleisië, waar vele plaatselijke landbouwers er hun brood mee verdienen, en waar er intussen veel ruimere economische belangen meespelen. De problematiek van de ontbossing is dus zeer reëel, en hier zijn we bij Aigremont ernstig mee begaan. We zijn echter van mening dat beter toezicht op de methoden gebruikt voor de teelt, via een streng certificatiesysteem, een veel realistischer en gepaster antwoord is dan de manier waarop sommige producenten hun producten aantrekkelijker proberen te maken met vermeldingen als ‘No Palm’, die op steeds meer verpakkingen opduiken. Zorgen voor een duurzame en gecontroleerde bevoorrading is in dit kader een van onze absolute prioriteiten.